Karpathos

maandag, juli 26, 2004

Boottocht naar Olymbos

Op de boot naar Olymbos zitten twee Griekse stellen, eind veertig. Zonder dat ze iets zeggen, zijn ze toch direct herkenbaar als domestic tourists.

De mannen zijn keurig geknipt, mooie zonnebrillen. De vrouwen zien er ook netjes uit, al is er geen sprake van overdreven luxe of zo. Het kleinste vrouwtje kan niet met haar voeten bij de vloer als ze op de houten bank zit. Zowel op de heen- als op de terugreis is het viertal voortdurend in een geanimeerd gesprek bezig. De mannen eigenlijk vooral, zij houden het gesprek gaande. De vrouwen lachen telkens om hun kleine grapjes.

Ze verstaan de kunst van het converseren. Beter dan de zwembadschreeuwers van het hotel.

Eenzame Sjonnie zit ook op de boot naar Olymbos. Hij zij geen boe of bah, keek alleen maar mistroostig voor zich uit. "Het is niks en het wordt ook niks", straalt ie uit.

Op Schiphol wordt de naam van zijn vriendin omgeroepen.
- "Mevrouw Jansen, onmiddelijk inchecken voor de vlucht naar Karpathos"

Sjonnie is toch maar gegaan. De tickets waren al gekocht. Zonde om ze niet te gebruiken. Sjonnie heeft nog geprobeerd of zijn moeder mee kon op het ticket van zijn ex. Maar helaas.

Hij kijkt erg treurig. Ik denk niet dat het weer goed komt met die twee.

Als we op het strand in Diafani liggen, komt er een oud vrouwtje in traditioneel gestoken kledij richting het strand lopen, handdoek om de arm. Zo'n arm oud vrouwtje waarvan ansichtkaarten zijn gemaakt.

Als ze bij het strand aankomt, kleedt ze zich uit. Resteert een modern badpak. Met een zongebruind lichaam.  Het  arme oude vrouwtje is een doodnormaal oma'tje, die elke middag gaat zwemmen en zonnebaden. Zonnecreme bietst ze van de aanwezige toeristen.

Als we met de boot terug naar Pigadia vertrekken, ligt ze nog steeds te zonnebaden.