Karpathos

dinsdag, augustus 10, 2004

Inge uit de bocht

Enige gelijkenis met bestaande personen of situaties op het strand van Karpathos berusten in het volgende verhaaltje louter op toeval. Het verhaal komt volledig uit het baldadige brein van de schrijver.

Naast ons zit een beetje een ondefinieerbaar, onschuldig vrouwtje. U kent het wel, een beetje sexloos, het is een vrouwtje, maar ze kleed zich als een jongetje, zelfs met pet, een witte, met Karpathos in hard blauw. Ze zal geen vlieg kwaad doen en ze is zich van geen kwaad bewust.

- “Hé Limbo, ben je niet goed snik of zo”, roept Inge tegen haar. Het mens weet niet wat haar overkomt. Net zat ze nog rustig in haar bouquet-reeks te lezen.
- “Nou, ik vraag je wat, geef es antwoord”, zegt Inge.
Ook de omliggende bedden beginnen zich te roeren. Het arme kind staat het huilen nader dan het lachen.

- “Ben je stom of zo”, vraagt Inge die nu echt kwaad begint te worden.
Ja hoor, nu begint het kind te janken. Inge pakt het boekje af.
- “Opdonderen, jou soort hoeven we hier niet”. Ze pakt het boeltje van het kind bij elkaar en sleurt haar van het strandbed af.
- “Lopen kreng, hup, naar het hotel”. Daar gaat ze.
- “En een beetje doorlopen, ja.”
Het belooft nog een gezellige vakantie te worden.

(Foto Lex en Marijke Fluitman)